Penne is niet enkel een landmark op het Aalsterse Wijngaardveld, maar ook een vaste waarde in de automobielindustrie. Het familiebedrijf van de derde generatie heeft meer dan 50 jaar ervaring als gespecialiseerde toeleverancier van componenten in metaal en kunststof die gebruikt worden door zowat alle automerken. CEO van het bedrijf is Frans Penne, wiens zoon inmiddels ook al in het bedrijf werkzaam is.
Frans Penne: “Bij Penne werken 150 vaste krachten en daarnaast doen we al tientallen jaren ook een beroep op MAAAT voor een aantal taken. Een team van 8 à 12 maatwerkers, begeleid door een teamcoach, voeren dagelijks een heel reeks manuele handelingen en nevenbewerkingen uit die niet geautomatiseerd kunnen worden: ontbramen, kwaliteitscontrole en herkeuren, verpakken, puntlassen, projectielassen… Een aantal taken keren steeds terug, maar er zijn ook veel ad hoc-opdrachten die we aan MAAAT toevertrouwen.”
Nog beter dan een goede buur… de enclavewerking
Frans: “MAAAT en Penne liggen op amper 200 meter van elkaar verwijderd. Die nabijheid is sinds het prille begin een enorme troef geweest, maar sinds een tweetal jaar gaan we nog een stap verder in onze samenwerking. In plaats van de taken op de MAAAT-site te laten uitvoeren, komt het team van maatwerkers nu bij ons werken. Het was eigenlijk te gek dat we taken ‘bij de buren’ lieten uitvoeren. De enclavewerking is puur logistieke winst.”
“Daarnaast zorgt deze manier van werken er ook voor dat de maatwerkers zich echt medewerkers van Penne voelen, ze staan zeer dicht bij de reële economie. Het team van MAAAT wordt aanzien als één van onze productiecellen binnen ons bedrijf, niet als een externe leverancier. Ik kan met de hand op het hart ook zeggen dat de maatwerkers nooit als concurrentie voor de vaste krachten werden bekeken.”
Opdrachten aannemen met de steun van MAAAT in het achterhoofd
De samenwerking met MAAAT heeft voor Penne ook nog andere voordelen. Frans: “MAAAT helpt ons bij taken waar we zelf geen geschikte mensen voor vinden en die zin zorgt MAAAT mee voor ons succes. De 35% extra turnover hebben we mede aan hen te danken. Zonder MAAAT zouden we immers op onze limieten botsen – zowel concurrentieel als qua capaciteit - terwijl we nu opdrachten aannemen met de extra ondersteuning van MAAAT in ons achterhoofd. En dat willen we blijven doen. Taken uitbesteden aan bedrijven in lageloonlanden is geen optie voor ons. De maakindustrie mogen we niet uit België laten vertrekken. We moeten in ons eigen land de toegevoegde waarde blijven creëren. En door de samenwerking met maatwerkbedrijven kunnen we dit blijven doen én tegelijk competitief blijven.
Onverwacht innovatief
Frans: “We zijn de mensen van MAAAT zeer dankbaar voor de capaciteitsuitbreiding die ze mogelijk maken. Maar daar blijft het niet bij. Eén plus één is drie in deze samenwerking. MAAAT denkt mee na over technologische oplossingen. Ik geef een voorbeeld. In de automotive geldt er een zero defect-beleid. Eén van onze klanten kwam wekelijks over de vloer om controles uit te voeren op een bepaald onderdeel dat wij samen met de maatwerkers produceerden. Om de bezorgdheid van de klant weg te nemen, hielp MAAAT ons om een subsidie via de Provincie Oost-Vlaanderen binnen te halen voor de installatie van een cameradetectiesysteem dat door KoMotion werd ontworpen. Sindsdien heeft geen enkel defect onderdeel nog onze productiehal verlaten en is ook onze klant helemaal gerustgesteld.
Vlotte samenwerking
Frans: “Na al die jaren verloopt de samenwerking vlekkeloos. Er is een manager bij Penne die zorgt voor de wekelijkse capaciteitsplanning. Die planning wordt samen met de teamcoaches uitgewerkt, maar verder is deze manier van samenwerken voor ons niet arbeidsintensief. De teamcoach stuurt de medewerkers aan, en verder heeft MAAAT zelfs een eigen mailbox en een telefoonnummer bij Penne. Een rapport over wat MAAAT precies heeft opgeleverd, valt maandelijks in mijn mailbox. En ik moet zeggen: die cijfers zien er steeds zeer goed uit. Ik kan enkel concluderen dat MAAAT een volwaardige partner is en dat maatwerk in geen geval stiefmoederlijk mag behandeld worden. De samenwerking uitbreiden, daar denken we met veel plezier in de nabije toekomst over na.”